Aan alles komt een eind. Zo ook aan de bouwvak en de schoolvakantie. De meeste arbeiders en kantoorklerken hebben hun werkzaamheden dan ook alweer hervat. De basisschooljeugd is weer begonnen met knikkeren en de studenten mogen zich volgende week weer buigen over de formule van Einstein. Kortom: ‘de knyntsjedagen binne foarby’. Voor de één betekent het einde van de vakantie een uitkomst. Het verplicht winkelen met moeder de vrouw is voorbij en ook het gezeur van de kinderen komt nu voor de rekening van ‘mem’. Anderen zien de werkhervatting als een straf en hebben de dagen tot de kerstvakantie al weer uitgerekend.
Vraag eens een aantal werknemers wat ze zouden doen als ze een groot geldbedrag zouden winnen of niet lang meer zouden leven. Het eerste waar een meerderheid van de ondervraagden aan zou denken is stoppen met werken. Blijkbaar is een baan toch een noodzakelijk kwaad en zitten tienduizenden werknemers het grootste gedeelte van de dag te balen. Toch is het ook geen pretje om iedere dag gedwongen vakantie te vieren. Denk eens aan al die mensen die zonder dat ze dat zelf willen werkloos of arbeidsongeschikt zijn. Zij zouden maar al te graag ruilen met degene die nu weer aan het werk mogen. Beschouw daarom het werk niet als een kwaad maar eerder als een zegen.
Youp van ‘t Hek heeft eens een liedje geschreven waarin hij aangeeft dat de mens toch vrij krampachtig leeft. Door steeds de vraag te stellen hoeveel tijd we nog hebben op deze aardbol, vergeten we vaak om te leven en te genieten, zo schreef de cabaretier. “Leef toch je leven als het allerlaatste uur”, is zijn advies, omdat er toch telkens een dag over is. Steeds is er weer een nieuwe dag boordevol uitdagingen, mogelijkheden en kansen. En vergeet niet dat er naast acht uur werken en acht uur slapen nog steeds acht uur vrije tijd is. Ook krijgt een ieder elke week een rustdag in de schoot geworpen. Stel niet teveel eisen aan jezelf maar ontwikkel je talenten en sta versteld van je eigen kunnen.
Voor degenen die wat minder plezier hebben in hun werk moet het niet al te moeilijk zijn om er iets van te maken. Manoeuvreer je gezicht eens in een glimlach en merk dat zwart meteen wit wordt en donker licht. Probeer uit ieder negatief element iets positiefs te halen. Sla jezelf bij het opstaan eens op de borst en neem je voor: vandaag ga ik er een mooie dag van maken! Doe eens gek en bedenk voor je medewerker eens iets aardigs. Zet eens een leuke tekst op het beeldscherm van de computer van je collega, giet eens een litertje water in de laars van je werkmaat of leg eens een spin in de la van je vrouwelijke ambtgenoot. Haal eens wat kattenkwaad uit zoals Sjakie van de hoek dat vroeger deed en denk eens terug aan plezieriger tijden
Laat op elke steiger een lied klinken en loop eens fluitend naar de ruimte waar het kopieerapparaat staat. Kijk eens naar buiten, geniet van iedere zonnestraal en bedenk dat ook achter de wolken de zon schijnt. Probeer negatieve gedachten te verdrijven, bestrijd ze met een kwinkslag. Vermijd conflicten en concurrentie en laat ook een werkdag de moeite waard zijn. Wie zich aan deze simpele leefregels houdt, heeft altijd een vakantiegevoel. Ook al is het soms niet al te gemakkelijk, probeer er toch iedere dag iets van te maken. Dan valt ook het ‘normale’ leven best wel mee. Carpe Diem, ofwel: pluk de dag. Geniet van iedere dag, ook op het werk. Hasta la vista!
(Er wordt weer nieuws gegenereerd en zinloze verhaaltje zonder boodschap maken plaats voor vergaderverslagen en politieke besluiten. Het einde van de vakantie betekent daarom ook het einde van de komkommertijd en dus van deze rubriek, snif.)
Deze column is gepubliceerd in De Feanster van van 13 augustus 2002)