Klusjesman (126)

“Af en toe ben ik geneigd de hele boel in mekaar te slaan,maar gelukkig ligt de moker niet in de buurt…”

Meestal kom ik fluitend naar buiten wanneer er een kastje is gekocht bij Ikea dat ik dan ook meteen bij thuiskomst met veel plezier nog steeds fluitend in elkaar zet. Nu durf ik me daarmee niet al te hard op de borst te slaan als super handige klusjesman, want de bouwtekeningen die er bij geleverd worden, zijn overduidelijk en het vervaardigen van de kastjes dus eigenlijk kinderlijk eenvoudig; dat lukt de knulligste sukkel.
Een klein foutje in de planning maakt dat er deze keer een ladekast wordt aangeschaft bij een willekeurige bouwmarkt in de buurt en vol goede moed begin ik aan de montage van het type  Provence. Hoewel het stappenplan veel lijkt op de montagebeschrijving die ik ben gewend van Ikea, ziet deze er toch een stuk ingewikkelder uit en begin ik al met gefronste wenkbrauwen.
Het gaat allemaal beslist niet van een leien dakje en ruim een uur na het begin van de ladekast-klus ben ik nog maar bij stap 2. De tekening geeft namelijk niet duidelijk aan wat nu boven of onder is, hetgeen betekent dat onderdeel 1 en onderdeel 2 zowel links als rechts kunnen worden gemonteerd, zodat onderdeel A en B evengoed onder als boven kan belanden.
Uiteraard maak ik de verkeerde keus en als ik bijna ga fluiten omdat ik vorderingen lijk te maken, ontdek ik dat alles weer los moet en ik weer van begin af aan mag beginnen. Na een bakje thee en veel meer onhandige dingen begin ik te twijfelen aan mijn kwaliteiten als klusser en me af te vragen waar ik in hemelsnaam aan ben begonnen: iedere handeling biedt weer twijfels en ik verbaas me over m’n eigen zelfbeheersing. Hoewel ik af en toe geneigd ben de hele boel in mekaar te slaan, zet ik door.
De moker ligt gelukkig niet in de buurt, maar dit gereedschap blijkt even later niet eens nodig daar het kastje in mijn beleving van dusdanige krakkemikkige kwaliteit is dat er telkens wel ergens iets los laat of afbreekt. Met ontzettend veel frustratie is mijn plezier in de klus al snel verdwenen, maar stoppen en het hele bouwval op de brandstapel gooien is mijn eer te na.
Met een klein beetje hulp lijkt het geval bij stap 12 eindelijk vorm te krijgen, maar bij stap 13 sodemietert de hele boel al bijna weer in mekaar. Als ‘ie dan eindelijk klaar is, durf ik het bouwsel – dat ellendig zwak heen en weer wiebelt – bijna niet eens meer te verplaatsen en ik vrees zelfs dat de laden alles behalve perfect zullen passen. Op dit moment heb ik er even genoeg van, maar één ding is zeker: nooit koop ik weer een kastje bij de Karfixido!

Geef een reactie