Regelmatig schrijf ik op deze plaats een column. Dat deze artikelen op prijs worden
gesteld, blijkt wel uit de reacties die ik af en toe krijg en dat stimuleert me ook om door te
gaan. Voordat de stukken klaar zijn voor publicatie, zijn er al heel wat ogen die het
hebben gezien. Het doet me goed dat er eerst kritisch naar wordt gekeken.
Alle columns komen voort uit mijn eigen belevenissen. Een echte prater ben ik namelijk
niet; ik leg mijn oor veel te luister en observeer ongemerkt heel veel. Met het schrijven
hierover leg ik de vinger soms op zere plekken, geloof me dat ik nooit iemand persoonlijk
terecht heb willen wijzen. Het is zelfs zo dat ik misschien zelf wel het meeste leer van
mijn artikelen.
De meeste lezers hebben inmiddels vast ontdekt dat mijn columns niet alleen aardige
verhaaltjes zijn. Vaak is de ondertoon best serieus en soms is er zelfs een boodschap uit
te halen. Ik stel mezelf vaak kwetsbaar op, betrek veel zaken op mezelf, want wie ben ik
om anderen te vertellen wat goed is en wat niet?
De onderwerpen komen niet zomaar uit de lucht vallen, ik bedenk niet zomaar wat. Iedere keer weer word ik geïnspireerd door iets dat ik zie of meemaak. Misschien vreemd, maar dit gebeurt heel vaak in de week dat het gemeenteblad gemaakt wordt. Soms pieker ik bij het naderen van de deadline weleens over het onderwerp waar ik over zal schrijven, maar het is nooit nodig geweest.
Omdat ik niet geloof dat dingen toevallig gebeuren, ben ik er van overtuigd dat deze
inspiratie mij wordt gegeven. Bij ieder compliment dat ik kreeg, wees ik dan ook naar
boven. Het is een talent dat ik heb gekregen en ik ben dan ook heel erg dankbaar dat ik
deze gave binnen de gemeente mag gebruiken.
Hoewel ik telkens weer wel een beetje bang ben voor kritiek – je weet immers nooit hoe
het valt, hoe de lezer het zal opvatten – ben ik nooit bang dat ik mensen tegen het zere
been trap. Wie zich aangesproken voelt, moet dan ook niet meteen met de vinger naar
mij wijzen, maar eens bij zichzelf te rade gaan. Waarom voel ik mij zo aangesproken?
Ik hoop dat u het als lezer op prijs stelt wanneer ik op dezelfde manier doorga met deze
column. Nogmaals: ik wil niet het heilige boontje zijn dat wel even zal vertellen hoe het
moet. Integendeel! Mijn eigen geloof groeit door het samenstellen van deze stukken nog
steeds enorm en deze kennis blijf ik graag delen met u als lezer.
Meestal ben ik zondag’s niet één van de eersten die na de dienst het kerkgebouw uit
spoedt. Gelegenheid genoeg dus om mij aan de mouw te trekken wanneer u vindt dat ik
eens tegen uw zere been heb aangeschopt of dit wellicht eens zou moeten doen. We zijn
immers niet alleen aan elkaar gegeven om elkaar te vermanen, maar ook van elkaar te
leren, inspireren… motiveren…
Ik sta vierkant achter alles wat ik schrijf en ik ben van harte bereid om, indien u het niet
met mij eens bent, alles met argumenten toe te lichten en ik sta altijd open voor kritiek.
Inspiratie
Genesis 4: 6-7
Dat maakte Kan woedend, zijn blik werd donker. 6 De HEER vroeg hem: ‘Waarom ben je zo kwaad, waarom kijk je zo donker? 7 Handel je goed, dan kun je toch iedereen recht in de ogen kijken? Handel je slecht, dan ligt de zonde op de loer, begerig om jou in haar greep te krijgen; maar jij moet sterker zijn dan zij.’
Kolossenzen 3: 16
16 Laat Christus’ woorden in al hun rijkdom in u wonen; onderricht en vermaan elkaar in alle wijsheid, zing met heel uw hart psalmen en hymnen voor God en liederen die de Geest u vol genade ingeeft.