Echt uitslapen doe ik eigenlijk nooit, maar deze ochtend staat de wekker wel heel erg vroeg voor mijn doen: om acht uur moeten we bij het zwembad zijn en dus sta ik al voor zeven uur klaarwakker naast mijn bed voor de traditionele visdag met daarbij een barbecue die we jaarlijks organiseren met een aantal vrijwilligers van Wettervlecke.
“De fisken binne dochs noch net wekker jong”, oppert Johan met een slaperig gezicht en van wie het allemaal wel een uurtje later had gemogen, maar na een bakje koffie ontwaakt ook hij steeds meer. Om half negen worden de eerste hengeltjes uitgeworpen. Zo’n drie kwartier later staat de koffie klaar met daarbij een lekker stukje slagroomtaart en is de kou van de ochtend weggestuurd door een heerlijk nazomers zonnetje.
“Dy ferrekte dobber giet hieltiten ûnder”, foetert Johan, die het spelletje van vissen blijkbaar nog niet helemaal doorheeft. “En dan sitte d’rek noch fan dy smoarge fisken oan.” Van Wierd krijgen we – zoals we gewend zijn – de meeste luidruchtige signalen dat ‘ie beet heeft. Van deze uiterst fanatieke visser willen we de buit echter wel telkens ook zien, want om te winnen is hij geslepen genoeg om er een paar vangsten bij te verzinnen.
Terwijl we na een tweede rondje vissen zo tegen elf uur allemaal bezig met de opgestookte barbecue, blijft Wierd schreeuwen bij zijn zogenaamde vangsten. Ja, ja… als we er bij zitten vangt ‘ie niks, en steeds als we allemaal weg zijn… Eigenlijk gaat het zo al bijna twintig jaar, want meestal is Wierd de winnaar, terwijl de rest van de groep meer gezelligheid ervaart rondom de vleeshapjes en borreltjes.
Dat we dit gezellige jaarlijkse uitje al weer zo’n twintig jaar doen, is duidelijk te merken door de harde kern van het groepje die ook twintig jaar ouder geworden is. Het aantal biertjes dat gedopt wordt is namelijk aanzienlijk minder, het tempo waarin gedronken wordt ligt behoorlijk lager en bijna ieder uur is er wel iemand die een pilletje moet slikken vanwege onder meer hoge bloeddruk, bloedverdunners of stress.
“Hjir moatte wy nea wer mei ophâlde”, oordeelt Jan met een weemoedige blik in z’n ogen. Hij gaat ook al twintig mee in dit selectieve groepje en geeft op deze manier toch de gezelligheid en saamhorigheid binnen de groep aan. Ieder met zijn of haar merkwaardige eigenschap, irritante gedrag of vreemde soort van humor: volgend jaar zitten we weer gezellig aan het water in één van de eerste weken na de sluiting van het zwembad!