82. Vallen en opstaan

082-Vallen-en-opstaanBammm!!! Daar lig ik weer eens, deze keer op de kop in een droge sloot ergens halverwege Opende. Na het interview met Erwin en Jorn Tabak voor het vorige kerkblad, ben ik van plan om deze vrijdagavond nog even naar een collega in ons buurdorp te fietsen voor een borrel. Het is behoorlijk mistig en pikdonker en in een flauw bochtje ben ik in volle vaart rechtdoor gefietst.

Daar lig ik dan, werkelijk ‘plat op ‘e bek’ in een droge sloot met mijn fiets half over mij heen. Deze keer gelukkig niet als gevolg van kortsluiting in mijn hoofd, maar is het simpelweg een ongelukje. De volgende dag kan ik er dan ook wel om lachen wanneer het daglicht aanbreekt en ik telkens weer moet uitleggen hoe ik mijn zwaar gehavende gezicht heb opgelopen.

Het huilen heeft me eerder dit jaar echter ook weleens nader dan het lachen gestaan wanneer ik de controle volledig kwijt was en behoorlijk beschadigd was. Zo rond de jaarwisseling is het een goede gewoonte om de balans op te maken, om even terug te blikken. Het afgelopen jaar is voor mij weer letterlijk een jaar geweest van vallen en opstaan en de akkefietjes die ik heb beleefd hebben me niet echt goed gedaan.

Gesproken in economische termen zou de koers behoorlijk gedaald zijn en moet ik wellicht in mineurstemming zijn. Dit jaar is niet het eerste jaar van meer verlies dan winst, negatieve cijfers lijken als een rode draad door mijn leven te lopen en ik kan dan ook wel bijna spreken van crisis. De vlag heeft er dit jaar weleens zo triest bij gehangen dat ik op een avond zelfs met de gedachte in slaap ben gevallen dat ik het niet eens heel erg zou vinden wanneer het de volgende dag niet weer licht zou worden…

Bij deze gedachte voelde ik geen enkele angst maar juist vrede. En dan ineens besef ik waar telkens weer die kracht vandaan komt om na iedere val weer vol goede moed op te kunnen staan; waar de positieve instelling vandaan komt om na iedere nacht toch weer met plezier te beginnen aan een nieuwe dag. Mijn hulp komt van mijn Here God, Hij draagt en redt ons dag aan dag! Geprezen zij de Heer!

Op hetzelfde moment komt dat welbekende gedicht van de voetstappen in het zand in mijn gedachten, waarbij ik in een terugblik op moeilijke tijden het spoor van Jezus niet naast die van mij zie staan, maar ik er achter kom dat Hij het was die mij juist heeft gedragen. Ineens kan ik niet anders meer dan danken. Ik dank God voor de mensen om me heen die er telkens voor me zijn, dank dat ook ik er mag zijn voor hen die eveneens moeilijkheden kennen waardoor ik leer relativeren; dank dat ik door donkere tijden het licht meer leer waarderen, dat ik door ziekte weet wat gezondheid is.

Ik dank dat ik door af en toe een flinke tegenwind weet hoe heerlijk het is om de wind mee te hebben en daar ook van te genieten. Oh Heer, dank U voor al mijn tegenslagen, zo durf ik zelfs bijna uit te roepen, want ze hebben me dichterbij U gebracht. Mijn vertrouwen in de Vader in de hemel is inmiddels zo gegroeid, dat ik nagenoeg geen angst meer ken.

Ik kijk uit naar die ene dag, wanneer pijn en tranen voorgoed voorbij zullen zijn, alle gebreken als sneeuw voor de zon verdwijnen en er nooit anders meer dan liefde en vrede zal zijn. Tot die dag zal ik vast nog wel een keertje vallen, maar met mijn blik gericht op de hemelpoort, klop ik vol goede moed het stof van mijn kleren, sta weer op en voel om mij heen de liefdevolle hand die mij verder draagt…

(Deze column is gepubliceerd in kerkblad De Regenboog van januari 2012)