Taart #005

Het is al heel wat jaren geleden dat mensen mij mochten wakker maken voor een slagroomgebakje. Hoewel ik tegenwoordig mijn nachtrust verkies boven deze lekkernij, kijk ik nog steeds reikhalzend uit naar een heerlijke slagroompunt en zeg geen ‘nee’ wanneer er me één wordt voorgezet. Iedereen begrijpt dan ook vast dat ik op de bazaar van onze kerk mijn uiterste best heb gedaan om een slagroomtaart in de wacht te slepen.

Mijn inspanningen werden ruimschoots beloond, want ik slaagde er zelfs in om met twee overheerlijke exemplaren naar huis te fietsen. Veel hoefde ik overigens niet te doen om de taarten te winnen. Bij het sjoelen waren er zo’n vijf tegenstanders waar ik het tegen op moest nemen en bij het spijkerslaan was ik de enigste deelnemer. Tja, en dan is winnen een makkie.

In de dagen vóór het jaarlijks terugkerende kerkelijke evenement binnen de gemeente kwam ik vanwege het gemeenteblad enkele malen in het kerkgebouw. Vele vrijwilligers waren al wekenlang druk doende om alles met vereende krachten voor mekaar te krijgen. Als je dan ziet hoe weinig gemeenteleden er de moeite nemen om een bezoekje te brengen aan de bazaar, dan zakt mij de broek bijna af.

Veel plezier beleefde ik dan ook niet aan mijn overwinning en met gemengde gevoelens fietste ik met de taarten op de ene hand en in de andere hand het stuur naar huis.  Mijn triomfstemming werd blijkbaar opgemerkt door de wind, want die vond het nodig om de feestvreugde nog wat te verhogen en blies het dekseltje van de bovenste doos omhoog.

Nog net geen zondige woorden gebruikend kwam ik tegen een haagje tot stilstand en wonder boven wonder stond het banket nog redelijk rechtop in de doos. In de hoop dat niemand mijn stunt had gezien, fietste ik verder en parkeerde mijn welverdiende prijs – die ik overigens ook nog eens zelf gesponsord had – in de koelkast.

Bij het horen van de opbrengst van de bazaar, brak mij naast de al haast afgezakte broek m’n klomp ook nog eens. Als nu ieder volwassen gemeentelid volgend jaar tien euro extra in het zakje doet, dan zitten we ruimschoots boven de opbrengst van vorig jaar en dan is al die drukte rond het organiseren van een bazaar niet eens nodig.

De gezelligheid rond een dergelijk evenement (want dat is het eigenlijk toch wel),  kunnen we ook wel beleven tijdens een gemeentedag of volleybalavond en ook het gebak hoeven we niet beslist te missen: als de financiën er volgend jaar zo uitzien dat een bazaar niet meer nodig is, dan trakteer ik de hele gemeente op gebak!