Nog nooit heb ik over mezelf durven beweren dat ik een goed christen was, maar ik blijf mijn best er voor doen om dit zo goed mogelijk te doen. Het is alweer heel wat jaren geleden dat ik er haarfijn op gewezen werd dat er nog een flink hiaat zit in mijn rol als volgeling van Jezus; de keus om bij hem te horen heb ik dan wel gemaakt door belijdenis af te leggen van mijn geloof, maar ik moet dat natuurlijk in iedere situatie en op ieder tijdstip vol blijven houden.
Samen met enkele jongeren van onze kerk bezochten we destijds de jeugddienst van een andere gemeente. De spreker aldaar vertelde wat Jezus zoal voor hem had gedaan en in zijn leven betekende. Deze getuigenis deed hij zo enthousiast dat het wel indruk moest maken, of je nu wilde of niet.
Tijdens zijn verhaal werden er beelden getoond uit de film Passion of the Christ, waarin de kruisiging van Jezus wel op heel confronterende wijze was te zien. Meteen daarna ging de spreker voor in gebed en bedankte hij Jezus wat hij voor ons had gedaan en hij vroeg ons als publiek om voor Hem wat terug te doen. Met gesloten ogen moesten we ons één moment samen met Hem alleen voorstellen en we mochten ons hand in de lucht steken als we ons leven op dit moment aan Jezus Christus wilden geven.
De spreker vroeg tenslotte aan alle aanwezigen die deze keus met de ogen dicht hadden gemaakt om dit ook publiekelijk kenbaar te maken en naar achter in de zaal te lopen, waar ze werden opgevangen en voor hen gebeden zou worden. Er heerste een indrukwekkende spanning in het zaaltje en af en toe hoorde je iemand langs je lopen. Het grootste gedeelte van de aanwezigen bleef echter gewoon op zijn of haar plaats zitten. En ik… ik bleef ook zitten.
Durfde ik de keus simpelweg niet te maken of durfde ik het niet aan anderen te laten zien? Met die vraag heb ik nog heel lang rond gelopen. Altijd heb ik geleefd in de veron-derstelling dat ik volmonding ́já zou zeggen op het moment dat Jezus bij de voleinding der wereld – in mijn beleving rijdend op een ezeltje – mij zou vragen: “Dick, ga je met me mee?”
Altijd heb ik gedacht dat ik vast een andere keus zou maken dan Eva, die in het paradijs de vrucht van de verboden boom plukte en altijd dacht ik dat ik anders zou zijn dan Petrus, die in het laatste uur zijn Heer verloochende. Nu kwam deze vraag op een wel heel onverwachte manier en op een tijdstip dat ik absoluut niet had verwacht, en ik gaf niet thuis.
Een volgende keer zal ik het toch echt anders doen, zo denk ik nog steeds, maar ik durf dit ook meteen al weer in twijfel te trekken; een volgende keer zullen de omstandigheden immers weer anders zijn… Wel heb ik geleerd van mijn verloochening. Als een dief in de nacht zal het immers zijn als ik mijn antwoord gereed moet hebben. Iedere dag weer doe ik dan ook mijn best om een goed christen te zijn, de juiste keuzes te maken en zeker genoeg te zijn van mijn geloof om het juiste antwoord te geven!
(deze column is gepubliceerd in De Regenboog van maart 2016)